Beste Canadese soldaat / Aan de Duitse soldaat

65 jaar Dodenherdenking Deventer

Twee gedichten, geschreven en voorgedragen op verzoek van het Deventer Comité Nationale Herdenking.

‘Bij de bevrijding deed een Duitse militair alsof hij zich wilde overgeven. Vlakbij de tank gekomen, schoot hij echter een Canadees neer.’ Pagina 131, Klakkende laarzen aan de IJssel, K.H. Vos, 1995.

Beste Canadese soldaat,

Weet je al dat je op bladzijde
honderd-een-en-dertig staat?
Je bent een zin geworden
in een hoofdstuk in een boek.

In het boek dragen mannen helmen,
gaan de ‘Canadeezen over den IJsel’
vallen bruggen in het water,
is vroeger een register
en nu een logisch later.

Geen happy end, maar dat wist je al,
meer een barst in de kosmos,
en aan het eind een mank begin,
een zege waar je haast in gaat geloven
tot jij sneuvelt in een zin.

Waar zou je ook moeten beginnen met vertellen,
als je alles wat het weten waard was zou verklaren,
als je alles wat het leven waard was zou bewaren,
had je een oorlog op papier.

Beste Canadese soldaat,
je bent een zin in duigen,
omlijst door witregels vol tranen,
vol van hoe het zout de zee weer zocht,
vol van hoe alle moeders voorgoed
de smaak veranderden van alle oceanen.

tweede gedicht van tweeluik

Aan de Duitse soldaat,

Is er een tijdstip denkbaar
waarop we laten weten
dat het wel volstaat,
dat u tevoorschijn kunt komen
van onder het bed?
Dat we u vergeven, dat u al
vijfenzestig jaar hebt moeten leven
met de priemende blik van Hein?

Zou u bereid zijn de sprei aan de kant
te schuiven, tevoorschijn te kruipen als
we beloven niet meer te schieten
met schaamte en schuld?
Zou u dan durven dromen van dromen
zonder fantomen. Van vredestijd?
En kan ik u bij het opkrabbelen
misschien een arm reiken?

Achter mij kijk ik bevreesd
naar het monster onder mijn eigen bed,
een welbekend silhouet, dat zegt:
‘Ik hoop maar dat je dapper bent
als de toekomst alleen het antwoord heeft,
het verleden nog geen uitleg geeft,
dat je weerstand biedt, van wanten weet
als de nood is aan de man,
je bent nogal bang aangelegd,
– boe in het donker en daar ga je al –
ik ben er lang niet zeker van.’

© 2010 Heleen Bosma